"Ik zie dat de meeste kinderen niet hebben geleerd wat ze tot Jezus kunnen zeggen nadat ze de communie hebben ontvangen. Een beetje hulp is niet overbodig. Zalig zij die onze kinderen leren bidden”, aldus mgr. Vangheluwe in Kerk en Leven. "Ik zie dat de meeste kinderen niet hebben geleerd wat ze tot Jezus kunnen zeggen nadat ze de communie hebben ontvangen. Een beetje hulp is niet overbodig. Zalig zij die onze kinderen leren bidden”, aldus mgr. Vangheluwe in Kerk en Leven.
"Soms ben ik ontroerd als ik een klein kind zie te communie gaan. In deze periode van het jaar zijn er geregeld kinderen in de Eucharistie die nog maar pas hun eerste communie hebben gedaan en nu in de kerk zijn bij gelegenheid van een vormselviering of een andere plechtigheid. Soms zegt men het mij ook: 'Het is nog maar de tweede keer.'" Dat schrijft mgr. Roger Vangheluwe, bisschop van Brugge, deze week in Kerk en Leven.
"Het meisje of het jongetje houdt nog wat onhandig de handjes open. Mama of oma die er vlak achter komt helpt een beetje om het juist te doen. Het kindje neemt de heilige Hostie en brengt ze in de mond en kijkt nog eens om, fier en blij: 'Ik heb het goed gedaan hé?' Intussen zie ik de oogjes blinken van vreugde. Het krijgt een lichte duw in de rug om voort te maken en de weg naar zijn plaats terug te vinden. Het doet me deugd."
"Beseft dit kind echt wat het doet?" vraagt de bisschop zich af. "Wellicht niet, wellicht ook niet minder dan sommige volwassenen die ik wat nonchalant zie aanschuiven in de rij. Maar het kind weet wel dat het iets bijzonders mag doen, iets moois en belangrijks dat het pas nu mag meemaken. Het voelt aan dat het verband houdt met het wondere van het leven, met God, met Jezus. Het doet iets dat waardevol is."
<
"Kinderen leren hoe ze hun handen moeten houden om het heilig brood te ontvangen. 'Je moet met je handjes een nestje maken waar de priester Jezus in zal leggen.' Je ene hand in de andere als een schelp, als een open schaal, wat je krijgt is immers het lichaam van Christus. Men bedient zich niet zelf, men neemt zijn deel niet. Men krijgt, men ontvangt waar men eigenlijk geen recht op heeft. Het is Christus die zichzelf in alle vrijheid wegschenkt aan ons. Onze open handen zijn als de open schaal van ons leven. We willen Jezus binnenlaten, niet alleen in onze handen en in onze mond, maar in heel ons bestaan. 'Ik sta aan de deur en ik klop' – 'Kom, Heer Jezus, kom'.”
“Daarbij past een gebed van dank. Ik zie dat de meeste kinderen niet hebben geleerd wat ze tot Jezus kunnen zeggen nadat ze de communie hebben ontvangen. Ook heel wat volwassenen zijn de woorden vergeten. De stilte of het zachte orgelspel als iedereen terug op zijn plaats zit, kan zorgen voor een uitnodigende sfeer. Toch is wat hulp niet overbodig. Zalig zij die onze kinderen leren bidden”, aldus mgr. Vangheluwe. (rknieuws.net)