Als man en vrouw elkaar willen kussen, en er zit een ruit tussen, dan zie je elkaar wel een kusbeweging maken, maar je krijgt natuurlijk geen kus. Dan zeg je: doe weg dat glas. Als man en vrouw met elkaar gemeenschap willen hebben, doe je er ook niks tussen. Het verschil lijkt te zijn, dat een condoom of een chemisch middel niet voelt alsof er iets tussen staat, maar dat is wel zo. Je geeft je zogenaamd aan elkaar, maar toch niet helemaal. Want het ouderschap wil je elkaar niet geven. Wel de lusten, niet de lasten. Als het krijgen van kinderen al een last mag heten. Alleen dat woord zegt al veel over hoe je in de liefde staat: ‘het moet wel leuk blijven’.

Het spreken over ‘ongewenste zwangerschap’ is echt zo’n woord voor de calculerende burger. Maar is het leven niet iets wat we van God krijgen, elke dag? Als man en vrouw van elkaar houden en er kómt een kind, dan is dat door God gewild. Het vraagt soms om creatieve en moeilijke oplossingen om een komend kind een warm welkom te bieden. Maar het is mogelijk, en heel wat liefdevoller dan alles van a tot z te plannen, en wat onverwacht is, ongewenst te verklaren.

Dat de Kerk tegen voorbehoedmiddelen is, wil niet zeggen dat de Kerk tegen gezinsplanning is. De grootte van het gezin, het aantal kinderen, is een beslissing die de ouders samen in geweten moeten nemen. Maar daarvoor zijn ook heel andere, natuurlijke methoden beschikbaar die net zo veilig zijn als voorbehoedsmiddelen.