In 2006 is er in de VS een forse geboortegolf geweest. Er werden 4,3 miljoen kinderen geboren, meldt Associated Press. Volgens recente studies zijn er sinds 1961 niet meer zoveel baby’s geboren.
In 2006 is er in de VS een forse geboortegolf geweest. Er werden 4,3 miljoen kinderen geboren, meldt Associated Press. Volgens recente studies zijn er sinds 1961 niet meer zoveel baby’s geboren.
De Verenigde Staten hebben een hoger vruchtbaarheidscijfer dan elk land in continentaal Europa, evenals Australië, Canada en Japan. Volgens vruchtbaarheidsdeskundigen zit het verschil in een daling van het gebruik van voorbehoedsmiddelen, minder gemakkelijke toegang tot abortus, slecht onderwijs en armoede, maar ook betere economische kansen voor de Amerikaanse moeders om weer aan het werk te gaan.
Experts schrijven de stijging ook toe aan de grotere bevolking en in het bijzonder aan het groeiend aantal Spaanstaligen. Toch is dat laatste geen volledige verklaring, omdat de geboortegolf zich voordeed onder alle bevolkingsgroepen. De Spaanstaligen hebben als groep wel een hoger vruchtbaarheidscijfers, ongeveer 40 procent hoger dan het gemiddelde in de VS. De cijfers verschillen ook per regio. In het noord-oosten zijn de lage vruchtbaarheidscijfers vergelijkbaar met die van Noord-Europa. Maar in de Midwest, het zuiden staan de mensen veel positiever tegenover het krijgen van kinderen dan in veel andere westerse landen.
”Amerikanen houden van kinderen. Wij zijn de enige mensen die op de welvaart reageren door te zeggen: ‘Laten we nog een kind nemen’,” zegt Nan Marie Astone, een universitair hoofddocent bevolking, gezin en reproductieve gezondheid aan de Johns Hopkins Universiteit. (KN/CNA)