Flexwerk vloek voor het gezinDe flexibilisering van de arbeidsmarkt verspreidt zich als een olievlek. Steeds minder mensen krijgen een vaste baan en bedrijven maken steeds meer gebruik van zzp'ers. Dat gaat ten koste van het gezin. De flexibilisering van de arbeidsmarkt verspreidt zich als een olievlek. Steeds minder mensen krijgen een vaste baan en bedrijven maken steeds meer gebruik van zzp'ers. Dat gaat ten koste van het gezin.

De overheid hamert op de economische noodzaak van een verdergaande flexibilisering van de arbeidsmarkt. Tijdens de SER-lezing ‘Nederland Nu’ op 4 maart jl. benadrukte minister Asscher nog maar eens dat de arbeidsmarkt wat hem betreft moet veranderen en nog flexibeler moet worden. “Het is heel menselijk om vast te houden aan oude en vertrouwde zekerheden, maar het is niet verstandig om je vast te klampen aan verouderde zekerheden.” Hij voegde hieraan toe: “Vandaag staan we voor de keuzes die niet alleen onze toekomst bepalen, maar ook de toekomst van onze kinderen en hun kinderen.”

Flexwerk vloek voor het gezinDaarmee lijkt Asscher te suggereren dat het in het belang van onze kinderen is dat de arbeidsmarkt nog verder wordt geflexibiliseerd dan nu al het geval is. Is dit eigenlijk wel zo? De juistheid van dit standpunt kan worden betwijfeld.

Werk en gezin

Natuurlijk wordt flexibel werken vaak genoemd als de manier om werk en gezin te kunnen combineren. In theorie zou het ook zo mooi kunnen zijn, maar de praktijk blijkt vele malen weerbarstiger. Dat is meer dan jammer. Werk en gezin kunnen elkaar versterken, maar als het werk steeds meer terrein wint ten koste van het gezin, is van een versterking natuurlijk geen sprake en is zelfs combinatie van de twee een lastige opgave. Opvallend is dat de negatieve gevolgen van de flexibilsering voor het gezin vrijwel altijd onderbelicht blijven, terwijl deze door de verschillende ontwikkelingen steeds groter worden.

‘Anderhalfverdiener’

Een van die ontwikkelingen is de verandering van het gebruikelijke verdienmodel binnen gezinnen gedurende de afgelopen decennia. Lange tijd was het gebruikelijk dat er een kostwinner was: vader werkte en moeder deed het huishouden en de kinderen. Tegenwoordig zijn de anderhalfverdieners – een fulltime baan voor hem en een halve baan voor haar – eerder regel dan uitzondering. Hierdoor zijn werk en gezin steeds minder vaak twee duidelijk gescheiden werelden.

Funest voor het gezin

Flexibilisering kan dan een goede oplossing zijn, maar is het in de praktijk vaak niet. Zo bleek bijvoorbeeld uit promotieonderzoek dat het werken buiten kantoortijden door een van de ouders – vaak vanwege de zorg voor de kinderen – meer dan eens nadelig is voor het gezin. De winst in zorgtijd voor de kinderen gaat meestal ten koste van de gezamenlijke tijd van de ouders. Het gevolg: een verhoogd risico op een verslechterde relatie en zelfs een scheiding.

Ook als het zover niet komt, drukt het (dreigende) gebrek aan contact met elkaar – kinderen en ouders – een (negatief) stempel op het gezin. Het behouden van een vaste structuur en een veilige basis vergt eenvoudig steeds meer van werkende ouders.

Groeiende onzekerheid

De (verdere) flexibilisering van de arbeidsmarkt helpt daarbij niet. Steeds minder werknemers gedijen goed bij het nieuwe adagium ‘Geen baanzekerheid maar werkzekerheid’. Zeker nu de overheid de verzorgingsstaat afbouwt – de uitkeringen worden steeds lager en in duur beperkt – en de economische onzekerheid overal wordt gevoeld. Door deze ontwikkelingen verlangen mensen meer dan ooit terug naar die goede oude tijd waarin vaste en langdurige dienstbetrekkingen – en dus zekerheid – het uitgangspunt waren.

De onzekerheid over werk en inkomen leidt tot negatieve gevoelens van werknemers. Onzekerheid vreet nu eenmaal aan mensen. Het beïnvloedt hun dagelijkse routines en zorgt voor een gevoel van onveiligheid. Dit heeft weer zijn weerslag op het gezin. De veilige basis die het gezin zou moeten bieden komt nog verder onder druk te staan.

Weg evenwicht

De baanonzekerheid leidt ook tot een verdere aantasting van het evenwicht tussen werk en gezin. Permanente bereikbaarheid, werken tijdens vakanties: werknemers werken eraan mee in de hoop dat dit resulteert in meer zekerheid. Kinderen worden dus steeds vaker geconfronteerd met ouders die ook thuis opgaan in werk. Er is steeds minder tijd voor echte aandacht voor het gezin, terwijl dit juist een voorwaarde is voor de goede ontwikkeling van kinderen.

De toekomst

Ik meen dan ook dat een verdere flexibilisering eerder een vloek dan een zegen is voor het gezin. Asscher gaat eraan voorbij dat vasthouden aan zekerheden niet alleen menselijk is, maar soms ook noodzakelijk. De overheid zou hiervoor veel meer oog moeten hebben. Daar zijn niet alleen gezinnen bij gebaat, maar zeker ook werkgevers – gezinsvriendelijk werkgeverschap levert betrokken werknemers op – en de maatschappij. Kinderen zijn immers de toekomst!

Patricia Kager is getrouwd en moeder van drie kinderen. Zij was jarenlang werkzaam als advocaat arbeidsrecht. Dit bericht is overgenomen van de website van Katholiek Nieuwsblad.