De traditie van het Driekoningen-zingen, dat vooral in de Duitstalige landen nog heel levendig is, werd begin december door de Unesco erkend als immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid. De traditie van het Driekoningen-zingen, dat vooral in de Duitstalige landen nog heel levendig is en jaarlijks duizenden kinderen voor het goede doel op de been brengt, werd begin december door de Unesco erkend als immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid.
Kardinaal Reinhard Marx, de voorzitter van de Duitse bisschoppen, sprak deze week zijn tevredenheid uit over de belangrijke erkenning. Volgens de aartsbisschop van München en Freising betekent dit ook een erkenning van het engagement van zoveel kinderen en jongeren voor het goede doel. “De ontelbare kinderen en jongere, evenals hun begeleiders, zijn zichtbaar teken van een actieve Kerk en een springlevend initiatief waarmee een heel oude traditie in ere wordt gehouden. Het sternsingen is een levend teken van de christelijke naastenliefde en de solidariteit van kinderen met kinderen die elders in de wereld onder lijden gebukt gaan.”
Missio is de organisatie die in veel landen de kinderactie cooördineert. “Verkleed als de drie Wijzen van deur tot deur trekken is een eeuwenoude traditie. Tijdens de Middeleeuwen trokken kinderen uit minder welgestelde families van deur tot deur om geld te vragen. Daarmee konden ze hun steentje bijdragen aan het huishouden. Sternsingen sluit bij deze traditie aan. Ook nu is de opbrengst bedoeld voor projecten waar specifiek kinderen mee geholpen worden”, zegt Catherine De Ryck van Missio België. Daar is het sternsingen een kleine maar standvastige traditie. Vorig jaar rond de jaarwisseling werd er 29.201 euro ingezameld. In de Duitstalige landen gaat het om vele tien- tot honderdduizenden euro’s. Wie geïnteresseerd is kan op www.sternsinger.de veel informatie vinden.