Het gezin is een gemeenschap van personen en de kleinste sociale eenheid. Als zodanig is het een fundamentele instelling voor het leven in de maatschappij. Het is deel van de sociale en juridische orde van de “grotere” samenleving – van het volk, van de staat en van internationale gemeenschappen. Elk van deze “grotere” samenlevingen wordt op zijn minst indirect bepaald door het bestaan van het gezin.
De band tussen gezin en volk
Op de eerste plaats bestaat er een welhaast organische band tussen het gezin en het volk. De band van het gezin met het volk (etnische groep of natie) is vooral gebaseerd op deelname aan de cultuur. In een bepaalde zin brengen ouders ook kinderen voort voor het volk, zodat zij daar lid van kunnen zijn en delen in de historische en culturele erfenis. Vanaf het prille begin wordt de identiteit van het gezin tot op zekere hoogte bepaald door de identiteit van het volk waartoe het behoort. Door te delen in de culturele erfenis van een volk, draagt het gezin bij tot die specifieke soevereiniteit, die haar oorsprong heeft in een aparte cultuur en taal.
De band tussen gezin en staat
De staat verschilt van het volk en heeft een minder “gezinsachtige” structuur, omdat hij georganiseerd is volgens een politiek systeem en op meer “bureaucratische” wijze. Toch heeft het staatsapparaat ook, in zekere zin, een eigen ziel, in die zin dat het beantwoordt aan zijn eigenheid als “politieke gemeenschap”, wettelijk gericht op het algemeen welzijn. Er is een nauwe band tussen deze "ziel" en het gezin, dat met de staat verbonden is, op grond van het subsidiariteitsbeginsel. Het gezin is een sociale werkelijkheid, die niet de onmiddellijke beschikking heeft over alle middelen die nodig zijn om de eigen doeleinden te bereiken, ook niet waar het de scholing en opvoeding van de kinderen betreft. Zo wordt de staat opgeroepen zijn rol te spelen in overeenstemming met het boven genoemde beginsel. Waar het gezin zichzelf voldoende kan redden, moet het aan zichzelf worden overgelaten; een overdreven opdringerigheid van de kant van de staat zou nadelig blijken, om nog maar te zwijgen over het gebrek aan verschuldigde eerbied, en zou een openlijke schending betekenen van de rechten van het gezin. Alleen onder die omstandigheden waar het gezin zichzelf niet echt kan redden, heeft de staat het echt en te plicht tussenbeide te komen.
Hulp van de staat aan het gezin
Afgezien van opvoeding en scholing op alle niveaus, kan hulp van de staat tot uiting komen in instellingen voor het veilig stellen van het leven en de gezondheid van de burgers, en in het bijzonder voor sociale voorzieningen voor werknemers. Werkloosheid is tegenwoordig een van de ernstigste bedreigingen van het gezinsleven en terecht een zaak van voortdurende zorg voor elke samenleving. Het is daarom heel hard nodig dat men op de proppen komt met moedige oplossingen, waarbij verder gekeken wordt dan de grenzen van het eigen land, en rekening wordt gehouden met de vele gezinnen waarvoor werkloosheid betekent dat mensen onder omstandigheden van tragische armoede leven.
Waardering voor de zorgtaken in het gezin
Als we spreken over betaald werk met betrekking tot het gezin, dienen we de zorgtaken en het werk van de vrouw zeker niet te vergeten. Dit werk moet erkend en in hoge mate gewaardeerd worden. De "inspanning" van een vrouw die een kind ter wereld heeft gebracht, het voedt en verzorgt en zich wijdt aan de opvoeding ervan, zeker tijdens de eerste jaren, is zo groot dat deze de vergelijking met ieder professioneel werk kan doorstaan. Dit zou duidelijk gezegd en verdedigd moeten worden, net als in het geval van al het andere arbeidsrecht. Gegeven het zware werk dat het moederschap met zich mee brengt, zou het erkend moeten worden als recht gevend op financiële vergoeding, tenminste gelijk aan die voor andere soorten werk die worden ondernomen om het gezin te ondersteunen in deze kwetsbare fase van het bestaan.
Erkenning van het gezin als soevereine samenleving
Alles zou in het werk moeten worden gesteld om het gezin erkend te krijgen als de allereerste en in zekere zin "soevereine" samenleving. Die soevereiniteit van het gezin is essentieel voor het welzijn van de maatschappij. Een waarlijk soeverein en geestelijk sterk volk is altijd opgebouwd uit sterke gezinnen, die hun roeping en zending in de geschiedenis beseffen. Het gezin vormt de kern van de samenleving met al haar problemen en taken. Als het gezin wordt teruggedrongen naar een ondergeschikte of tweederangs rol en uitgesloten van een rechtmatige positie in de samenleving, zal ernstige schade worden berokkend aan de ware groei van de maatschappij als geheel.
Overgenomen uit de brief van paus Johannes Paulus II aan de gezinnen (1994): www.rkdocumenten.nl/index.php?docid=565