“Moeder van Cecile, mag ik ook zo’n folder van dat kamp?” vroeg klasgenootje Anne mij een paar weken geleden. Ik gaf net een ander kind een exemplaar. “Natuurlijk!” zei ik snel, “Morgen krijg jij er ook één!” “Moeder van Cecile, mag ik ook zo’n folder van dat kamp?” vroeg klasgenootje Anne mij een paar weken geleden. Ik gaf net een ander kind een exemplaar. “Natuurlijk!” zei ik snel, “Morgen krijg jij er ook één!”
Het wonder geschiedde. Anne ging mee naar het zomerkamp van Emmanuel. Ze is niet gedoopt en op geen enkele manier betrokken bij een kerk. Ik hield m’n hart dus een beetje vast of ze het wel naar haar zin zou hebben. De tweede kampdag vertelde Edwin – die mee was als leiding – al aan de telefoon: “Anne zat vandaag in de mis (een doordeweekse, daar mogen de kinderen vrijwillig naartoe) terwijl Cecile in de speelhoek zat te lezen…”
Afgelopen zondag was het kamp afgelopen en Anne had het fantastisch gehad. Er was een kampvuur, een watermiddag en een bonte avond geweest en natuurlijk ook gebedsmomenten, biechtgelegenheid en een musical over de legende van Sint Christoffel.
Vanmorgen kwam ik Anne met haar moeder en zusje tegen in het winkelcentrum. Ze was nog helemaal in kampstemming. Net als Cecile en Chiara trouwens die ’s morgens vroeg direct het kamplied door het huis brullen: “Sint Christoffel heeft de sterkste (Jezus) ontmoet, dat maakt alles anders, dat maakt alles goed!”
“Volgend jaar ga ik weer mee”, zei Anne tegen mij. “En mijn zusje wil ook!” Haar zusje was afgelopen zondag bij de afsluiting geweest en blijkbaar waren de musical en de mis zo laagdrempelig geweest, dat zij ook al zin had gekregen in een weekje kamp.
Anne is niet de eerste die we met het grootste gemak meekrijgen naar een dergelijk katholiek kinderinitiatief. Om de week stapt Lisa, een ander schoolvriendinnetje in onze auto om mee te gaan repeteren bij de KISI-kids in Utrecht en Chiara’s vriendinnetje Maud ging de laatste keer gezellig mee naar het Kinderfeest van het Bisdom Den Bosch.
Dit alles tot mijn verbazing, want toen ik nog jong was (ahum) heb ik heel wat andere tieners en jongeren proberen mee te sleuren naar een katholieke jongerendag of een tienerweekend. Met hangen en wurgen ging er soms een schoolvriendin mee, op voorwaarde dat ik de week daarna meeging naar de manege om te kijken bij haar paardrijles. Dat deed ik allemaal, in het kader van de evangelisatie, meer veel heeft het niet opgeleverd. Nu sta ik met een folder in m’n hand en een kind –zoals Anne- vraagt zelf: “Mag ik die ook?”
Zo zie je maar. God vraagt nog steeds om de netten uit te gooien (Lucas 5, 4) en vroeg of laat zit ’t zo barstensvol vis dat we zelf verbaasd zijn.
Brechje