SacramentsdagDiaken Edwin wil de preek t.g.v. Sacramentsdag graag delen met de lezers van zijn blog. Hij kreeg n.a.v. zijn preek van enkele mensen de opmerking dat men niet wist van het ontstaan van Sacramentsdag. Diaken Edwin wil de preek t.g.v. Sacramentsdag graag delen met de lezers van zijn blog. Hij kreeg n.a.v. zijn preek van enkele mensen de opmerking dat men niet wist van het ontstaan van Sacramentsdag.

In de eerste lezing zien we dat de priester uit het oude testament Melchisedek, brood en wijn aan Abraham geeft. Met voedsel sterkt hij de natuurlijke krachten. Met zijn zegen smeekt hij Gods genade over Abraham af. En hij dankt God. Christus wordt genoemd priester in de orde van Melchisedek. Ook Hij geeft zijn Brood en Wijn als zijn lichaam en bloed en sterkt daarmee de geestelijke krachten. En ook Hij dankt God.

SacramentsdagIn het evangelie lezen we dat Jezus sprak over het koninkrijk van God. Maar het bleef niet bij mooie woorden alleen. Hij genas de mensen ook. Maar dat zijn woorden kracht hebben die boven de natuur uitstijgen, dat ze goddelijke kracht hebben, bleek vooral ook uit die wonderbare broodvermenigvuldiging. De apostelen hadden nog gevraagd of ze voor die vijfduizend man brood moesten kopen. Maar dat bleek niet de bedoeling. Er waren nog vijf broden en twee vissen die ze braaf begonnen uit te delen. Omdat Jezus die onmogelijke opdracht gaf: "geef ze maar te eten". Maar dat is natuurlijk veel te weinig voor vijfduizend man. Ook hier zien we dat Jezus God de Vader dankt en dat zijn woord broodvermenigvuldiging bewerkstelligt. Zo was het ook bij het laatste avondmaal. Zijn woorden bewerkstelligden verandering van brood en wijn in zijn Lichaam en Bloed. Zo gebeurt het nog steeds door de gewijde priester die consacreert.

Bijzonder is ook dat al die vijfduizend man van dezélfde vijf broden en twee vissen aten. Zo eten wij in de hosties van dezelfde realiteit, onze Heer Jezus Christus. En zoals die brood en die vissen opgenomen werden in het menselijk lichaam, dus vlees geworden zijn, zo wordt ook Christus in de hostie door ons opgenomen. Maar wel de hele Christus, Lichaam en Geest. Daardoor verandert Hij ons. Heiligt Hij ons kun je zeggen. En wel ons allemaal. Omdat Christus liefde is, verandert Hij ons in liefde. En dat maakt ons allen één. Eén heilig volk. Gods volk. Dit weekend doen weer vele kinderen de eerste communie. Die kinderen en hun ouders en familie zie je vaak niet meer terug. Ze zullen misschien zeggen: "we zijn goede mensen en dat is alles wat telt." Maar dat is niet nazeggen wat Christus zegt. Die zegt: "los van Mij kunt ge niets."

Het feest van het H. Sacrament dat we vandaag vieren stamt uit de 13e eeuw. De heilige Juliana van Luik had diverse keren een zelfde visioen tijdens de eucharistische aanbidding: van een heldere volle maan met daar overheen een donkere streep. De Heer deed haar de betekenis begrijpen. De maan symboliseert het leven van de kerk op aarde. De donkere lijn staat voor het ontbreken van een liturgisch feest. Van dan af aan zette Juliana zich in voor de instelling voor wat een van de belangrijkste liturgische hoogfeesten zou worden: sacramentsdag. De bisschop van Luik stelde toen het hoogfeest van Sacramentsdag in voor zijn bisdom. In dat bisdom was ook een geestelijke werkzaam die later paus Urbanus de IV werd. Als paus schreef hij later Sacramentsdag voor als verplicht feest voor de hele kerk. Maar dat gebeurde pas nadat er een eucharistisch wonder was gebeurd.

Een priester, genaamd Peter van Praag, vond het moeilijk te geloven dat Christus werkelijk tegenwoordig is in de geconsacreerde Hostie. Hij maakte een pelgrimstocht naar het graf van Petrus in Rome om te bidden voor geloof in de woorden van Christus die de Eucharistie ingesteld heeft. Na een paar weken verblijf in Rome was er niets in zijn geloof in de Eucharistie veranderd. Hij begon toen te twijfelen aan zijn hele geloof in God. Jezus had toch gezegd "klopt en er zal worden open gedaan." En nu had hij voor zo iets belangrijks een bedevaart gemaakt en gebeden namelijk voor zijn geloof in de tegenwoordigheid van Christus in de Eucharistie, om zo als priester een goede apostel te kunnen zijn voor Christus. En nu bleef hij nog steeds vol van twijfel. Teleurgesteld aanvaardde hij met enkele andere pelgrims de terugreis.

Aangekomen in het stadje Bolsena, nog steeds in Italië, vroegen die pelgrims hem de Mis op te dragen. En nauwelijks had hij de consecratie woorden uitgesproken of bloed begon te sijpelen uit de geconsacreerde hostie. Het liep over zijn handen op de corporale en het altaar. Iedereen was met stomheid geslagen. Op dat moment was Paus Urbanus IV in Orvieto, een stadje in de buurt. Ze besloten naar de paus toe te gaan en de priester vertelde zijn verhaal. De paus liet dat alles onderzoeken, liet vervolgens de linnen doek en de hostie met bloedvlekken overbrengen naar de kerk van Orvieto. De bebloede corporale is daar nog steeds. De paus vatte dit wonder op als een teken dat Christus wilde, dat niet alleen in Luik, maar over de hele wereld jaarlijks  Sacramentsdag gevierd zou worden.

Als we nu het geloof hebben in de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in de Eucharistie, dan mag dat tot uitdrukking komen in heel ons handelen. Laten we bewust naar Hem verlangen. Laten we Hem respectvol ontvangen. Laten we na de Communie ons even inkeren en tot Hem bidden. Hem dankzeggen. Niet eet en loop weg. De heilige Philip Neri deed eens het volgende. Hij zag dat iemand direct na de communie de kerk verliet. Hij stuurde meteen acolieten met kaarsen en bellen er achteraan. De man kwam geërgerd terug in de kerk. "Wat is dat voor een grap" vroeg hij aan de priester. De Heilige Philip Neri zei: "Het is geen grap. De regels van de liturgie zijn dat het Allerheiligst Sacrament met eerbied behandeld dient te worden. Jij verliet de kerk zonder gebed of dankzegging. Je draagt het heilig sacrament in je. Dus ik vroeg de acolieten jou te begeleiden om de Heer te eren."

We mogen beseffen dat we als communicanten taberbernakels zijn of monstransen die de Heer dragen. Zo mogen we elkaar met respect benaderen. Maar ook door de week mogen we ons telkens herinneren dat we nieuwe mensen geworden zijn, gelijkend op de Heer die in ons vlees en bloed geworden is. Dat wij als monstransen God zichtbaar maken in deze wereld. Amen.